Twee weken geleden was ik aan de slag gegaan om een 4de bewerkte theepot te maken waarbij de functie geheel ondergeschikt zou worden aan de abstracte vorm die ik voor ogen had.
Eerst had ik de “Moervorm” horizontaal enigszins schuin doorgesneden.
Met gietklei op een gipsenplaat een kleiplaat gegoten en vervolgens de twee open helften op de kleiplaat gemonteerd waardoor de twee helften weer twee aparte gesloten vormen vormden.
Vervolgens het binnen gedeelte van “Moervorm” wegsneden en de ontstane opening van beide helften dicht gemaakt met een reep gestolde gietklei. (zie foto)
Dit achter de rug hebbende, begonnen met het assembleren van de theepot met de overige afgegoten onderdelen. Best wel lastig om e.e.a. voor elkaar te krijgen.
Omdat ik nu eenmaal een “horizontale” oftewel een plattere eindvorm van de geabstraheerde theepot wilde realiseren, leverde het assembleren van de helften van het “Moergedeelte” van de Theepot in combinatie met de onderdelen de nodige problemen op.
Na wat gestoei kwam ik uiteindelijk toch tot een vorm waar ik mee uit de voeten kon.
Omdat het eindresultaat nog een “finishing touche” nodig had, besloot ik hem (haar?) mee naar huis te nemen.
Een te drukke week gehad, dus thuis niet aan de theepot gewerkt.
Toen ik vorige week op de academie mijn spullen uit de auto haalde viel de theepot op de grond.
Alle voorgaande moeite voor niets. Ook niet waar, want ik had weer wat meer inzicht gekregen in het “Wat” en “Hoe” !
Als derde- jaars studenten kregen we een nieuwe opdracht: we moesten nu met hetgeen we de voorgaande periode aan mallen hadden gemaakt een conceptueel object realiseren.
Dus van tevoren bedenken wat we gingen maken. In feite was ik daar vanaf aanvang van voorgaande opdracht al mee bezig geweest.
Jawel, ik liep dus weer eens op de troepen vooruit.
Omdat mijn vierde theepot in stukken lag, ben ik met restanten aan de slag gegaan.
Ik heb een op een gipsen plaat gietklei gegoten en deze wat aan laten drogen. Daarop heb ik een compositie gemaakt van de bruikbare onderdelen.
Daarnaast een proefopstelling gemaakt met witte klei K110 (0-0,2 chamotte) en mijn gietklei. Van de K110 klei heb ik een rechthoekig doosje gemaakt en dit met de opening gemonteerd op een leerhard plaatje van gietklei. Dit om te onderzoeken wat er zoal gebeurt m.b.t de droogkrimp en het bakproces. In hoeverre krijgt het proef objectje te maken met krimpscheuren vanwege de krimp verschillen van beide kleien.
Vandaag heb ik op de eerste, originele theepot een mat wit glazuur gespoten (P2033 van Colpaert-van Leemputten, België + 30% Kaolin) wat op 1050°C in een glazuur stook afgebakken dient te worden. De bedoeling is dat ik de wit geglazuurde theepot ga voorzien van transfers waarbij alle aspecten gerelateerd aan thee als thema zal worden gebruikt. het ontwerp maak ik zelf (zie afbeelding) waarna dit omgezet wordt naar een transfer door SDL produktie te Westerhoven, NL waarmee ik wel eens samenwerk.